Een korte terugblik op het CongrestiVal: ‘Je ziet ze niet, maar ze zijn er wel’

Het CongrestiVal was gericht op het behoud van personeel. Hoe kunnen werknemers met een neurologische aandoening zo lang mogelijk bijdragen aan een organisatie?

Het was een heel waardevolle avond, vertelt Arie van den Herik, die als zelfstandig projectontwikkelaar deze avond samen met Avres en diverse organisaties op zich genomen heeft. ,,Deze doelgroep is vaak onzichtbaar gehandicapt. Hoe gaat het als iemand op het werk terugkomt met niet-aangeboren hersenletsel? Wat doe je als werkgever en ook belangrijk: hoe reageer je als collega? Je moet eerst iets over het onderwerp weten, voordat je er wat mee kunt doen. Er wordt namelijk zo snel geoordeeld. Met dit soort activiteiten willen we aandacht vragen voor het onderwerp, zodat er bewustwording komt dat mensen niet gelijk aan de kant gezet moeten worden.”

Want dat gebeurt met mensen die een neurologische aandoening hebben, zegt Arie. ,,Ik merk dat werkgevers het ingewikkeld vinden om met deze doelgroep om te gaan, want je moet er wat zaken voor organiseren. De begeleiding kost wat meer tijd en energie, maar het is het zeker waard. Mensen worden soms niet erkend in hun veranderde situatie en we reageren daar over het algemeen niet goed op. Wat er dan gebeurt? Deze werknemers haken af en melden zich ziek.

Arie benadrukt dat er uiteraard ook bedrijven zijn waarbij het wel goed gaat en waar de doelgroep erkend wordt. ,,Die voorbeelden zijn er zeker. Daar zijn we heel blij mee. Maar het moeilijke met niet-aangeboren hersenletsel is dat je niet precies kunt zeggen wat iemand kan. In het onzichtbare zit het probleem. Daarom is het zo belangrijk om in gesprek te gaan met elkaar, dan kan er keurig geïntegreerd worden. Helaas werkt dit niet altijd en komen mensen ten onrechte bij het UWV terecht. Iedereen kan ineens een neurologische aandoening krijgen en daarom is aandacht zo belangrijk. De aandacht binnen de werksituatie ontbrak nog. Het zit soms in relatief kleine dingen. Neem nu kleinere ruimtes met minder prikkels: ideaal voor mensen met een neurologische aandoening, in plaats van een grote werkruimte. In een kleine ruimte kunnen deze mensen prima hun werk doen. Er moet per persoon gekeken worden naar wat iemand nog kan, maar vaak draait het wel om prikkels en rust.”

Met dit onderwerp willen we ook komend jaar in de Drechtsteden aan de slag!